De discussie omtrent het binnenhalen van de Olympische Spelen van 2028 heeft een nieuw hoogtepunt bereikt. André Bolhuis, namens het NOC-NSF verantwoordelijk voor het Olympisch Plan 2028 (OP28), zei eerder deze week: “Het Olympisch Plan werd tijdens de troonrede zelfs door de Koningin uitgesproken. Dat was geweldig. Onze volgende stap maken wij op drie december als onze plannen aan premier Balkenende worden gepresenteerd.” Dat laatste zal van kinderlijke eenvoud zijn, in vergelijking met de gigantische uitdaging waar het NOC-NSF het komende decennium voor staat: de bevolking warm laten lopen.
In Londen is men recent weer aan het twijfelen geslagen. Verschil met de voorgenomen kandidaatstelling van Nederland is dat Londen de Spelen al ‘in the pocket’ heeft. “Hadden we het maar geweten (dat er een economische crisis zou toeslaan, red), dan hadden we onszelf nooit voor de Spelen van 2012 kandidaat gesteld,” zou de verantwoordelijk minister hebben toevertrouwd aan een groepje insiders. Crisis of niet, de Spelen van 2012 moeten doorgaan.
2028 ligt gelukkig nog ver voor ons. Een aantal prominente Nederlanders, onder wie de Prins van Oranje en Erica Terpstra, maken zich sterk voor het binnenhalen van de Spelen, precies 100 jaar nadat de eer Amsterdam al eens ten deel viel. Hoewel een officiële kandidaatstelling nog moet plaatsvinden – dat zou pas over een jaar of 15 zijn – zou dit niet de eerste keer zijn dat Nederland een tweede Olympiade wil binnenslepen. In de jaren ‘80 was Amsterdam opnieuw kandidaat, dit keer voor de Spelen van 1992. De hoofdstad ging roemloos ten onder, viel al in de eerste stemronde af en Barcelona streek met de eer.
Over de oorzaak van het falen in de aanloop naar de Spelen van ‘92 werd lang gespeculeerd. Critici weten het verlies aan de sterke maatschappelijke anti-beweging en de geringe moeite die het comité had gedaan om de bevolking enthousiast te krijgen. Nederland liep gewoonweg niet warm voor de Spelen en zag het grootse evenement vooral als kostenpost. Nederland zou ‘te klein’ zijn voor zoveel internationale ambitie.
Al liggen de Olympische Spelen van 2028 nog 20 jaar voor ons en ligt de Nederlandse kandidaatstelling nog op de tekentafel, ook nu wordt de Olympische droom lauw ontvangen onder de bevolking. Bij de keuze van een gaststad zal het Internationaal Olympisch Comité ook nu veel waarde hechten aan maatschappelijk draagvlak. Werk aan de winkel voor het NOC-NSF dat, samen met de Nederlandse overheid, de burger enthousiast moet krijgen. Communicatie dus. Veel, consistente en heldere communicatie.
Er is werk aan de winkel voor het OP28-team. En voor communicatietalent. Wellicht doen de plannenmakers er beter aan de kaarten nog even voor zich te houden. Het risico van te vroeg pieken – we hebben nog zo’n 12 jaar te gaan voordat de gaststad voor de Spelen van 2028 wordt gekozen – ligt voor de hand. Wat het team niet ontbreekt is tijd. Tijd om na denken en met een goed plan voor de dag te komen. Een communicatieplan, welteverstaan. Want dat kan weleens de bepalende factor worden in het antwoord op de vraag of het er voor OP28 op, of eronder gaat worden…