Skip to main content
Tag

innovatie

De toekomst van de bankensector

By Actualiteiten, Innovatie, LezingenNo Comments

In Nijmegen schudde Danny Mekic’ de raad van commissarissen, directie en management van de lokale Rabobank wakker over de toekomst van de bankensector. Technologie heeft zich in de afgelopen decennia zo snel ontwikkeld, dat banken moeten innoveren om ook in de toekomst diensten te kunnen verlenen, stelt hij. De wet van Moore voorspelt dat computerchips elke achttien maanden twee keer sneller, twee keer goedkoper en twee keer kleiner gemaakt kunnen worden. Tot nu toe is die voorspelling uitgekomen met grote gevolgen voor het dagelijks leven: smartphones, ‘slimme’ huishoudapparaten, computers en chipkaarten zijn overal in onze samenleving aanwezig, terwijl in 1999 nog maar 10% van de Nederlanders een mobiele telefoon had.

Danny vertelt: technologie biedt ontzettend veel mogelijkheden in elke sector en startups maken daar dankbaar gebruik van. FinTechs, startups die met technologie diensten aanbieden in de financiële sector, zijn steeds meer bezig de bankensector te ontleden. Zij proberen niet de volledige bank te vervangen, maar richten zich op één dienst die de bank aanbiedt en bieden deze dienst dan met behulp van technologie op een makkelijkere, snellere en betere manier aan de consument. Zo zijn er startups voor onder andere leningen, hypotheken, sparen en verzekeren. Banken kunnen deze ontwikkeling niet langer negeren, stelt Danny. Gevestigde banken geven te veel geld uit aan het in stand houden van hun gedateerde structuren. Die structuren vinden ook hun weg naar de online omgevingen van banken, waarvan ten onrechte gedacht wordt dat online en innovatie aan elkaar gelijk staan. Het gaat niet om online of offline, legt Danny uit, het gaat om fastline. De snelste weg naar de klant is het hoogste doel om competitief te blijven. Innovatie is geen mogelijkheid, het is een noodzaak.

Innovatie in de zorg: ‘Artsen en apotheken gaan een belangrijkere rol innemen’

By Niet gecategoriseerdNo Comments

Danny Mekic’ was op 30 mei uitgenodigd om te mogen spreken tijdens het ‘Mediq Uitblinkersfestival’. Het evenement werd georganiseerd voor 1500 apothekersassistentes en bestond uit een uitgebreid programma waaronder diverse inspirerende workshops over ‘innovatie’, ‘zorg’ en ‘creativiteit’.

De sprekers van NewTeam zijn onder andere gespecialiseerd in technologische innovatie en daarom werden de workshops ‘innovatie’ op deze dag verzorgd door Danny Mekic’ (technologie-expert). Danny Mekic’ sprak over de toekomst van de gezondheidszorg en dan met name de rol van de apotheek. Hierbij kan je denken aan de mogelijkheid om medicijnen voortaan te laten bezorgen door drones. Drones zullen steeds vaker worden ingezet in de praktijk. Onlangs ontwierp een student van de TU Delft een ‘ambulancedrone’ die binnen één minuut (met een snelheid van 100 km/u) aanwezig kan zijn bij het slachtoffer. De ambulancedrone is voorzien van medische gereedschap dat onder andere de overlevingskans na een hartstilstand kan verhogen naar 80% in plaats van de huidige 8%.

Danny Mekic’ is erg enthousiast over de toekomstige rol van apotheken in de gezondheidszorg doordat artsen en apotheken steeds een belangrijkere rol gaan innemen, naarmate de verzekeraars meer macht krijgen. ‘Ik hoop dat zowel artsen als apotheken zich zullen ontwikkelen totdat ze absoluut aan de kant staan van de patiënt. Hierbij gaat het er niet alleen om dat zij zich verantwoordelijk voelen voor het lichaam van de patient, maar ook voor de data van de patiënt.’

Over het Elektronische Patiëntendossier (tegenwoordig wordt dit het Landelijk Schakelpunt (LSP) genoemd) heeft Danny Mekic’ zich ook kritisch geuit: ’Ik ken geen enkele IT’er waar ik tegenop kijk, die een patiëntendossier zo slecht zou ontwikkelen als nu is gebeurd’. Volgens Danny moeten data van de patient en de arts blijven en in geen enkel geval gecentraliseerd opgeslagen worden, zodat ongewenste analyse mogelijk wordt door verzekeraars en de Google’s van deze wereld.

Lezing over technologische ontwikkelingen met een oog naar de gezondheidszorg

By LezingenNo Comments

Dit jaar organiseerde de Nederlandse Vereniging van Arthroscopie een internationaal georiënteerd lustrumcongres in Huis ter Duin te Noordwijk aan Zee. Tijdens het evenement waren er 400 orthopedische chirurgen aanwezig om kennis op te doen over de laatste ontwikkelingen binnen de arthroscopie. Het ging om een 2-daags evenement met diverse presentaties van wetenschappelijke sprekers, waarbij er tijdens het programma ‘innovatie’ voor de afwisseling gekozen is voor een meer praktisch gerichte presentatie over technologische ontwikkelingen met een oog naar de gezondheidszorg. Deze presentatie werd verzorgd door Danny Mekic’ (CEO van NewTeam en technologie-expert).

Tijdens de presentatie sprak Danny Mekic’ over het vooruitzicht van het chirurgische vak met nieuwe scantechnieken en de toepassing van 3D-printing. Ook sprak Danny over de toekomst van de gezondheidszorg waaronder de mogelijkheden van big data en de nieuwe rol van artsen. Doordat patiënten steeds vaker zelf een diagnose kunnen stellen door middel van technologie, zal de rol van de arts veranderen.

Hoewel sommige banen juist bedreigd worden door de komst van technologie, worden chirurgen in de toekomst steeds belangrijker, aldus Danny Mekic’. ‘Chirurgen kunnen steeds vaker en steeds nauwkeuriger klachten van patiënten verhelpen. Hier is niet alleen de nodige kennis en verstand van het menselijk lichaam voor nodig, ook is het voor chirurgen van belang dat zij steeds meer de technologische ontwikkelingen volgen die relevant (kunnen) zijn voor hun vakgebied.’

Volgens Danny wordt het een spannende tijd voor de gezondheidszorg, omdat hij verwacht dat er steeds vaker investeringen nodig zijn die bedoeld zijn om de zorg op lange termijn te verbeteren in plaats van op korte termijn, waar dus de directies van de ziekenhuizen (waar de chirurgen werken) aan mee moeten werken. Om 3D-printing toe te passen, dient er namelijk eerst mee geoefend te worden. ‘Het is spannend omdat dit tot een spanningsveld kan gaan leiden, of juist niet.’

“Robotica komt binnen handbereik”

By LezingenNo Comments

Dat robotica veel ondernemers in de Amerstreek interesseert, bleek maandagavond 11 mei tijdens het Ondernemerscafé van Rabobank Amerstreek. Cees Gelderen, directeur Bedrijven, verwelkomde zeker 250 belangstellenden. Ze waren gekomen om live kennis te maken met NAO. Deze kleine robot werd vergezeld door de gastsprekers Danny Mekić, technologie-expert en Mike van Rijswijk, innovatiestrateeg.

Creativiteit als exportproduct

Danny Mekić is in 2009 uitgeroepen tot meest succesvolle jonge ondernemer en is nu multidisciplinair expert. Hij is sinds zijn jeugd al geïnteresseerd in technologie en innovatie. Volgens Danny moet Nederland meer innoveren: ‘Het exportproduct van Nederland is creativiteit en innovatie. Want de wetenschap is al zover, nu de mens nog. We kunnen nog veel verder innoveren. Als we maar bereid zijn onze organisatiestructuur, strategie of verdienmodel aan te passen.’

Nano-pleisters

Doordat de techniek alsmaar compacter en goedkoper wordt, komt het binnen handbereik van een steeds grotere groep mensen en bedrijven. Bijvoorbeeld om preventieve zorg te kunnen bieden. Maar het gaat verder. Denk maar aan zelfsturende auto’s zoals de Google-car. Drones die pakjes gaan bezorgen of dienen ter beveiliging. 3D-printers die alles kunnen maken. En wat te denken van Nanotech-pleisters met sensoren die over je gezondheid waken? Toch komt ook een ethische kwestie om de hoek kijken; bijvoorbeeld moet een zelfsturende auto de overstekende voetganger ontzien of juist zijn passagier? Moet hij wel of niet uitwijken tegen een boom? En dan hebben we het nog niet eens over onze privacy die in het geding komt met al die nieuwe technologieën.

NAO

Als management consultant vindt Mike van Rijswijk het een uitdaging om steeds weer nieuwe technologieën op te sporen en te onderzoeken wat ondernemers er mee kunnen. ‘Daarom is robot NAO onderdeel geworden van mijn gezin’, vertelt hij. Zijn kinderen groeien met hem op. Mike demonstreert hoe NAO, die een slordige 10.000 euro kost, gaat zitten, weer opstaat, loopt, danst en zelfs voetbalt. Doordat er verschillende apps voor hem beschikbaar zijn, kan-ie op verschillende manieren ingezet worden. Want NAO is in eerste instantie op de markt gebracht voor educatieve doeleinden. Met NAO leren kinderen spelenderwijs programmeren. Maar ook binnen de zorg heeft de grotere broer van NAO een toekomst. Hij kan daar veel nuttig werk verrichten. Zoals bijvoorbeeld het in bed tillen van patiënten of helpen bij de behandeling van dementie.

Lef hebben, ondernemerschap tonen, doen

Maar wat moet je er als ondernemer mee? Danny en Mike benadrukken niet te wachten tot de technologie er is. Het is voor ondernemers zaak juist nu al te kijken wat je er mee kunt. Er is al heel veel mogelijk, maar je moet je er wel voor openstellen en de mogelijkheden en toepassingen zien. Om de woorden van Van Rijswijk te gebruiken: je moet lef hebben, ondernemerschap tonen en doen!

Mike en/of Danny uitnodigen voor een lezing? Neem vrijblijvend contact met ons op!

Zelfrijdende auto moet zelf schade vergoeden

By Actualiteiten, OpinieNo Comments

Minder files, minder uitstoot van schadelijke stoffen en minder ongelukken. Meer tijd in een dag om te besteden aan wat dan ook. Ze zullen al gauw worden uitgerust met een blackbox en constante internetverbinding, waardoor flitspalen en trajectcontroles uit het straatbeeld gaan verdwijnen. In het begin voor de liefhebber, vervolgens onder invloed van lobbyisten fiscaal voordeliger gemaakt en misschien uiteindelijk zelfs verplicht gesteld: de zelfrijdende auto.

Maar wie is aansprakelijk als de zelfrijdende supercomputer op wielen een aanrijding veroorzaakt? De autoindustrie, Google, Apple en Microsoft inbegrepen, creëren in het internationale debat rondom die vraag een hoop ruis en doen alsof die vraag zo moeilijk te beantwoorden is. De industrie ziet het liefst dat de rekening wordt betaald door een schadefonds bestaande uit publieke middelen — anders zouden ze deze geweldige innovatie niet op de markt kunnen brengen. Terwijl een zelfrijdend ongeluk juridisch juist heel makkelijk uit te leggen is.

Net als bij een ‘normaal’ auto-ongeluk zullen de bewegingen van de auto’s onder de loep worden genomen en worden getoetst aan de verkeersregels — daar is de blackbox voor nodig. Als blijkt dat de bestuurder met zijn voertuig het ongeluk heeft veroorzaakt, of de auto nou zelfsturend was of niet, dan moet hij (of in de praktijk zijn verzekeraar) de rekening betalen.

Als de auto zelf stuurde, zal de autofabrikant onderbouwd een claim krijgen — de zelfrijdende auto doet namelijk niet wat je van hem mag verwachten: je veilig van A naar B brengen. Een rechter zal vervolgens kijken of de verwachting terecht was, mede ingegeven door dikke stapels aan disclaimers — en hun rechtmatigheid — en de gedragingen van de bestuurder. Eigen gedragingen van de bestuurder, want zolang de risico’s op storingen, hacks en verkeerde inschattingen van zelfrijdende auto’s niet duidelijk zijn en 100% afgedekt — als dat al ooit zal gebeuren —, moet manueel ingrijpen hoe dan ook mogelijk blijven: zoals bij de autopiloot van vliegtuigen.

Dat is ook goed: het dwingt fabrikanten hun systeem éérst veilig te maken voordat ze zelfrijdend met mensenlevens gaan experimenteren. Autobestuurders op hun beurt moeten op blijven letten wanneer ze met hun grasmaaier langs kwetsbare mensenlichamen scheren. De vraag wie aansprakelijk is, is dus helemaal niet interessant en met bestaande wetgeving al bepaald, al is de poging van de industrie om middels dit debat te proberen aansprakelijkheid te verleggen naar publieke geldbronnen, zoals een schadefonds, leuk geprobeerd.

Waar we ons druk om zouden moeten maken is een ethische vraag: wat doet de zelfrijdende auto als het bij een ongeluk het leven van de bestuurder kan redden, door het leven van een (of meerdere) andere verkeersdeelnemers te nemen?

Als zelfrijdende auto-fabrikanten en hun softwareleveranciers denken die vraag te kunnen beantwoorden, laat ze dan ook de rekening betalen.

Dit is de vertaling van het Engelstalige artikel in de Financial Times van NewTeam-partner Danny Mekic’.

Strijden om de toekomst

By ColumnsNo Comments

Door de industrialisatie kon een enkele uitvinding op grote schaal worden gefabriceerd, die dankzij de globalisering overal ter wereld kon worden gekocht. Nooit eerder waren er zo veel bedrijven, klanten, producten en diensten die elkaar moesten zien te vinden. Wereldwijd, in alle denkbare talen. Een kolossale ‘regelindustrie’ ontstond om die globalisering te bedienen en producten en diensten onder de aandacht te brengen: van marketeers tot vertalers, een creatieve sector die de meest aansprekende reclame-uitingen wist te maken, tot aan de bedrijven die de commerciële, activerende boodschappen moesten transporteren. Dat ‘regelhuis’ werd een doel op zich.

Ondertussen hebben de technologie-bedrijven uit Silicon Valley die regelbranche beschadigd. De 24 uur waarin marketingcampagnes ons kunnen verleiden tot een aankoop, staan steeds vaker als een snelkookpan steeds meer onder druk. We kiezen er vrijwillig om steeds meer tijd te besteden aan elektronica met daarop Google, Facebook, Twitter, Youtube en andere platforms die aandacht van onze hersenen verkopen aan bedrijven in hun honger naar nieuwe klanten en extra sales. Zij wonnen, maar nu zijn het juist de sociale media die vechten om extra aandacht en tijd van ons, op hun platforms.

Het worden er steeds meer. Uber, dat taxi-chauffeurs en passagiers bemiddelt. AirBnB, dat leegstaande appartementen aanbiedt ten behoeve van short stay, populair onder toeristen. Shapeways, waar ontwerpers hun 3D ontwerp geprint kunnen verkopen aan de consument. Het worden er steeds meer, het worden er te veel. En dus: in de toekomst zullen we ook van enkelen weer afscheid gaan nemen.

Maar niet alleen zij hebben het zwaar, steeds meer industrieën zullen gaan concurreren met de regionalisering mogelijk gemaakt door sociale platforms, en de micro-industrialisatie door 3D printers, terwijl kleinere bedrijven het gaan verliezen door een gebrek aan investeringsmogelijkheden in innovatie van de producten en diensten zelf. Innoveren is geen luxe meer, het is een overlevingsstrategie geworden.

Het zijn drie toekomstvragen die we moeten beantwoorden: hoe zien onze producten en diensten van de toekomst er uit, hoe regelen we marketing en communicatie en hoe kunnen we zelf het beste evolueren tot een platform van vraag en aanbod?

Danny Mekic’ (1987), NewTeam-partner, jurist en technologie deskundige, schreef dit stuk op verzoek van Accenture

Innovatie: speedboten en olietankers

By InnovatieNo Comments

Een economie die hapert, laat binnen bestaande grote bedrijven weinig ruimte voor innovatie. Medewerkers met een goed idee die willen gaan innoveren worden meer dan ooit geconfronteerd met kritische ogen die vragen om een uitgekiend investeringsvoorstel: voordat er geïnnoveerd mag worden, moet bewezen worden dat de innovatie gaat lukken. En winst oplevert. En juist dát kán niet op voorhand bij echte innovaties.

Steeds meer creatieve en innovatieve mensen verlaten daarom grote organisaties, beginnen een eigen bedrijf of vertrekken naar het buitenland. Zo zitten er momenteel 30.000 Nederlanders in Silicon Valley en eén ding is zeker: ze zijn daar geen Excel-sheets aan het invullen of aan het smeken om budget voor innovaties. Sterker nog: momenteel is er een groot overschot aan geld in de vallei, als je een overtuigend goed idee hebt, over de juiste presentatie-skills beschikt én bereid bent om een paar jaar keihard te werken, dan gaan investeerders graag met je in gesprek.

Maar daarmee lossen we het steeds groter wordende innovatieprobleem binnen bestaande, grote Nederlandse bedrijven niet op. Als we kijken naar de 100 grootste bedrijven, dan zijn zeker 50 grote, logge, olietankers die al jaren dezelfde koers volgen. Hoe kunnen die een dichtgemetselde manier van innoveren verlaten, zonder meteen de flappentap open te moeten zetten, en misschien ook wel een paar Nederlandse topinnovatoren terugverleiden uit de vallei?

Simpel: door als olietanker speedboten los te laten. Laat kleine teams van innovatieve mensen los, zet ze apart met een eigen budget en laat ze samen met studenten en de wetenschap aan een innovatie werken. Dat kunnen speedboten tegen een fractie van de kosten. En een ander voordeel is dat ze vrij over het water kunnen bewegen, zonder vast te lopen op de zandbank van bestaande belangen van de interne politiek.

Deze column schreef NewTeam-partner Danny Mekic’ op verzoek van Radio 1, TROS in Bedrijf.

Innovatiehaven

By InnovatieNo Comments

Een baksteen koop je in de winkel, een bijzondere baksteen wordt op maat gemaakt. Maar als we duizend bakstenen nodig hebben bellen we de groothandel en bij een miljoen stuks is het misschien verstandiger een order te plaatsen bij de fabriek zelf. Maar dan heb je alleen nog maar de bakstenen.

Het gebouw dat uit de bakstenen verrijst, hangt onder meer af van het doel van het bouwwerk en van de hoeveelheid aanwezige expertise. Je kunt de bakstenen zelf gaan stapelen, maar als het er veel zijn en de constructie is complex dan doe je er toch misschien verstandig aan een architect, één of meer bouwtechnisch ingenieurs en genoeg metselaars erbij te betrekken: wat een gedoe.

Gelukkig zijn er steeds meer fabrieken die prefab huizen en kantoren leveren – zij maken het leven een stuk makkelijker. Organisaties zijn nét bouwwerken, maar dan niet gemaakt van bak- maar van bouwstenen. En organisaties willen veranderen en innoveren om zo optimaal mogelijk te kunnen gedijen maar de wereld om hen heen verandert steeds sneller en dus moeten organisaties steeds sneller bouwen en verbouwen.

Omdat die tijd er niet is en men vaak te laat begint met veranderen bestaat er een levendige acquisitie- en overnamemarkt rondom kleine startups. Maar die markt is moeilijk: veel overnames mislukken en het blijkt ingewikkeld om het gekochte bedrijf goed te integreren in het bestaande bedrijf. En de waardebepaling blijft een lastig vraagstuk. En daarnaast: hoe vind je de juiste startup die aansluit bij de huidige en toekomstige behoeften en problemen van grote bedrijven? Andersom is een veelgehoorde klacht onder innovatieve startende ondernemers: ja, ik wil graag van waarde zijn in de ontwikkeling van het grote bedrijfsleven, maar hoe weet ik als kleine ondernemer welke van mijn innovaties geschikt zijn om naar hun markt te brengen?

De oplossing is simpel: een innovatiehaven waar de grote olietankers en kleine speedboatjes elkaar kunnen vinden. Een organisatiebrede of brancheoverstijgende plek waar om prefab startups wordt gevraagd. Waar bedrijven, grote bedrijven, een aantal van hun lastigste uitdagingen en hun grootste wensen op tafel kunnen leggen. Een soort marktplaats. Een vacaturebank van problemen, uitdagingen aan de ene kant en aan de andere kant oplossingen en start-ups. En een vooraf afgesproken som geld voor de persoon of het bedrijf dat een prefab oplossing weet te bieden: een openbare aanbesteding van problemen dus eigenlijk, iedereen met een oplossing mag zich melden.

Zodat innovatie iets minder riskant wordt, er meer zinvolle innovatie plaatsvindt en de markt van startups beter aansluit op de vraag van de grote, logge olietankers.

Deze colomn schreef NewTeam-partner Danny Mekic’ op verzoek van Radio 1, TROS in Bedrijf.

Tycho van der Hoog geeft een lezing voor Club Jong Mediatalent: ‘De gouden eeuw voor bibliotheken moet nog komen.’

By Nieuws uit eigen keuken

Club Jong Mediatalent komt vijf keer per jaar bijeen om in creatieve sessies te brainstormen over de bibliotheek van de toekomst. Jonge mediatalenten uit voornamelijk Noord- en Zuid-Holland wisselen gedachten uit over de sfeer, programmering, inrichting en collecties. Elke bijeenkomst kent een thema, spreker en host, varierend van de connectie met jongeren tot integratie van actualiteit.

De eerste bijeenkomst van 2012 stond in het teken van de chemie tussen jongeren en de bibliotheek, en werd georganiseerd in het Jenevermuseum in Schiedam. Strategy Associate Tycho van der Hoog gaf een besloten lezing over de raakvlakken tussen sociale media, de Generatie Einstein en de bibliotheek – waarbij de traditionele visie op elk thema 180 graden werd gedraaid.

Na de lunch was er ruimte om in verschillende groepen te discussieren over concrete innovaties. Verscheidene prikkelende ideeën ontstonden, van denktanks voor jonge denkers tot een platform voor ondernemers, van laboratoria tot borrels. Als expert in een sterk veranderende informatievoorziening en met beschikking over A-locaties door heel Nederland werd het duidelijk dat de gouden eeuw voor bibliotheken nog moet komen.

Niet downloaden en geen Spotify, dus geen innovatie

By Opinie2 Comments

Vandaag gepubliceerd in NRC Handelsblad, Juist door internet stijgt muziekomzet

Platenlabels verlaten de legale muziekdownloadsite Spotify. Het kabinet wil elders downloaden bestraffen. Dit heeft een averechts effect, vindt NewTeam-partner Danny Mekic’.

Afgelopen weekeinde maakten 234 platenlabels bekend de muziek van hun artiesten niet langer via Spotify te willen distribueren omdat (legale) streamingdiensten het kopen van muziek zouden ontmoedigen. Zou het downloadverbod dat staatssecretaris Fred Teeven (Veiligheid en Justitie, VVD) wil invoeren – een repressieve maatregel die de gedragingen van miljoenen Nederlanders in één klap onrechtmatig maakt – het aanbod wel stimuleren? Wat is het probleem van de industrie eigenlijk? Nog niet zo heel erg lang geleden, in de tijd dat je voor het luisteren naar muziek afhankelijk was van vinyl langspeelplaten die werden gedraaid op een platenspeler, was het leven auteursrechtelijk gezien overzichtelijk. De platenmaatschappij verkocht de muziek en gaf een deel van de opbrengst aan de makers en artiesten. Toen gebeurde er iets rampzaligs: de gebruiker ging zelf muziek kopiëren, op cassettebandjes, de videocassetterecorder, cd’s, dvd’s en op internet. De film- en platenmaatschappijen zagen hun inkomsten dalen. Maar de laatste vijf jaar zo blijkt uit onderzoek van onderzoeksbureau eMarketer is de omzet van de muziekindustrie in haar geheel weer gestegen van 60,7 miljard dollar naar 66,4 miljard.

Cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek wijzen uit dat meer dan ooit geld wordt uitgeven aan concertbezoeken: in 1992 ee29,- per huishouden, vandaag de dag meer dan het drievoudige. Lowlands is al jaren op rij uitverkocht en het album ‘In Rainbows’ van de Britse band Radiohead, dat in 2008 gratis gedownload kon worden, leverde zes miljoen dollar op aan vrijwillige donaties. De internetter is allesbehalve gierig.

Artiesten kunnen via de omzetstuwende en kostenbesparende verkoopmogelijkheden van het internet het grootste deel van de consumerende wereldbevolking bereiken en zo hun nieuwe plaat of geplande concerten onder de aandacht brengen. Ook de populairste artiesten geloven in de werking van het internet, bewijst tieneridool Justin Bieber met veertien miljoen volgers op Twitter. Waarom zouden zij voorstander zijn van een downloadverbod?

De inkomstendaling uit de cd- en dvd-verkoop is desondanks logisch te verklaren: alle bakstenen muziekwinkels die de afgelopen jaren zijn gesloten, zijn door slechts twee digitale aanbieders vervangen: iTunes en Spotify, die zowel in gebruik als aanbod beperkingen kennen. Er zijn in Nederland zelfs meer online verkopers van bakstenen dan van muziek te vinden, en als je online een film wilt kopen heb je doorgaans pech. Dat dan de consument op zoek gaat naar alternatieven, is begrijpelijk.

Het zijn de profiteurs van het huidige auteursrecht, de film- en platenmaatschappijen met voor een deel wettelijk opgedrongen collectieve auteursrechtenbeheersorganisaties die hebben gevraagd om een ondoelmatig en ongewenst downloadverbod. Niet alleen makers van films en muziek zijn tot deze éminences grises veroordeeld, ook ondernemers die muziek en films digitaal willen vermarkten. In plaats van nieuwe internetontwikkelingen te omarmen, worden zulke ontwikkelingen tot ‘piraterij’ uitgeroepen en kapotgeprocedeerd in de rechtszaal, laat staan dat een structurele samenwerking wordt gezocht om levensvatbare economische modellen te ontwikkelen. Straks zijn het individuele internetters die op het gedaagdenbankje plaats mogen nemen. Stichting Brein, de handhavende poot van de entertainmentindustrie, wordt straks onze internetcop.

De internetdistributie van films en muziek loopt al decennia achter. Teevens argumentatie dat een downloadverbod noodzakelijk is om innovatie in de branche mogelijk te maken, is onbegrijpelijk. Zo’n verbod maakt juist een einde aan de innovatie die nu gaande is. Dat ook de grote maatschappijen kunnen profiteren van de innovatie op internet wordt bewezen door het sterk groeiende bioscoopbezoek, ondanks of misschien wel dankzij het massaal downloaden van films. Vorig jaar kregen bioscopen het hoogste bezoekersaantal sinds 1978 het jaar van Grease en Saturday Night Fever.

Nu 234 platenlabels bekendmaakten dat ze hun muziek niet langer via Spotify willen distribueren staan zelfs de bestaande innovaties op het spel. Het downloadverbod zal uiteindelijk worden gebruikt om individuele internetters bang te maken en weer het vertrouwde cd- en DVD-hoesje in te jagen, Back to the future.

– Danny Mekic’